De Grote Zaal

Aandachtig luistert Riley naar wat Frankie te vertellen heeft. 'Misschien moeten we ze dan maar eens goed kennis laten maken met de zwadderaars?' en ze beweegt haar wenkbrauwen op en neer. 'Het zou wel zielig zijn he als ze daar niet tegen zouden kunnen' met een pruillipje kijkt ze van Frankie en Jessy naar Darlene en Octavius. Als ze Frankie ook iets hoort zeggen over Vilder barst ze in lachen uit. 'Geniaal, wat heb je nou aan zo'n poetsmiep? Triest mannetje'. Als ze ziet dat Jessy het over Octavius en Darlene heeft verschijnt er een brede grijns op Riley's gezicht. 'En wat voor iets leuks heb je in gedachten dan Jes?'

'En jij? vraagt Darlene naar aanleiding van zijn eigen vraag over wat ze van plan was.
'Ik? ik weet het niet, ik denk dat ik zometeen maar even een stukje ga lopen. Dat zet mn gedachten van dingen af snap je'
Hij had zijn bord inmiddels leeggeten en had het eigenlijk wel gezien in de grote zaal.

'Ik? ik weet het niet, ik denk dat ik zometeen maar even een stukje ga lopen. Dat zet mn gedachten van dingen af snap je' zei Octavius. "Ja ik snap heel goed wat je bedoelt" zei ze en ze nam de laatste happen van haar eten. "Nou het was weer lekker" zei ze. Ze had het eten echt gemist hier, haar moeder kon absoluut niet koken.